Inleiding
-
Waarom incubatie een cruciale stap is: het is de fase waarin het mycelium het substraat koloniseert voordat het vruchtlichamen vormt.
-
Een goede start in deze fase bepaalt de opbrengst, gezondheid en productiesnelheid van de paddenstoelen.
1. 🧬 Wat is incubatie?
-
Eenvoudige definitie: periode van vegetatieve ontwikkeling van het mycelium in een steriel of gepasteuriseerd substraat.
-
Doel: volledige en homogene kolonisatie zonder besmetting.
-
Gemiddelde duur: van 10 dagen tot 2 maanden afhankelijk van de soort (bijv.: snelle oesterzwam, langzamere shiitake).
2. 🌡️ Optimale incubatievoorwaarden
a. Temperatuur
-
Meestal tussen 22°C en 26°C (variabel per soort).
-
Te koud: traag mycelium → besmetting.
-
Te warm: bacterierisico, gestrest mycelium.
b. Vochtigheid
-
Geen directe bevochtiging nodig: de gesloten zak is voldoende.
-
Let op de interne condensatie: teken van een thermisch verschil dat gecorrigeerd moet worden.
c. Duisternis of diffuus licht
-
De meeste soorten geven de voorkeur aan duisternis of zeer zwak licht (geen lichtbehoefte in dit stadium).
d. Gasuitwisseling
-
Micro-geperforeerde zak, HEPA-filter of opening met katoen: het mycelium ademt → let op de ophoping van CO₂.
3. 🧼 Hygiëne en bescherming tegen besmettingen
-
Incubatie ≠ totale steriliteit, maar een schone, droge en stabiele omgeving.
-
Regelmatige visuele controle (1–2 keer per week).
-
Vermijd turbulente luchtbewegingen en onnodige handelingen.
-
Identificeer de veelvoorkomende contaminanten:
-
Groen (Trichoderma) → te veel vocht of initiële besmetting
-
Roze of oranje → bacteriën
-
Zwart of blauw → concurrerende schimmels
-
💡 Tip: noteer de omstandigheden van het verschijnen van een contaminant om het protocol te verfijnen.
4. ⏳ Volgen van de kolonisatie
-
Bewaking van de voortgang van het mycelium door het observeren van de gelijkmatige witheid.
-
Noteer de voortgangssnelheid per type substraat (zaagsel, stro, granen...).
-
Als stagnatie na enkele dagen: waarschijnlijk probleem (besmetting, te droog substraat, temperatuur...).
💡 Toe te voegen originaliteit: een afdrukbare voortgangsgids of een eenvoudige kleurcode voor de kolonisatie integreren.
5. 🪵 Bijzonderheden per substraat
-
Roggegranen: snel, maar gevoelig voor besmetting.
-
Verrijkte zaagsel: langzamere kolonisatie, maar betere voeding voor vruchtvorming.
-
Gepasteuriseerd stro: goede compromis voor oesterzwammen, snel te koloniseren.
-
Blokken of ruw hout: langzame maar stabiele kolonisatie, incubatie soms buiten (afhankelijk van de omstandigheden).
6. 🧯 Veelvoorkomende fouten om te vermijden
-
Zakken te hoog gestapeld → oververhitting in het hart.
-
Temperatuur niet homogeen in de ruimte.
-
Zak slecht gesloten of filter verstopt.
-
Slechte hydratatiegraad van het substraat aan het begin.
-
De vruchtvorming starten terwijl de kolonisatie nog niet voltooid is.
7. 🌿 Wanneer overstappen op vruchtvorming?
-
Mycelium zichtbaar over het hele oppervlak.
-
Afwezigheid van inerte of verdachte zones.
-
Soms een begin van primordia-vorming (vooral bij oesterzwammen).
-
Voor sommige soorten (shiitake) is een thermische of mechanische schok vereist na incubatie.
🧺 Conclusie
-
Een goede incubatie is 90% van het onzichtbare maar essentiële werk.
-
Verzorg het, noteer uw observaties en pas uw instellingen aan volgens de gekweekte soort.
-
U zult winnen in opbrengst, kwaliteit en gemoedsrust.